Het is verbazingwekkend, maar kinderen blijken op zeer jonge leeftijd al onderscheid te kunnen maken tussen goed en slecht. Bij een van de vele experimentele onderzoeken op het gebied van kinderpsychologie kregen vijf maanden oude baby’s poppen te zien die goed en slecht gedrag lieten zien. Het goede gedrag was bijvoorbeeld het helpen bij het openen van een doos of het terugspelen van de bal. Het slechte gedrag was bijvoorbeeld de doos met een klap dicht slaan of de bal afpakken. De kinderen kozen stuk voor stuk voor de ‘goede poppen’. In de islam noemen we deze geneigdheid naar het goede de fitra.
In de islam wordt een kind bij de geboorte beschouwd als een tabula rasa – een onbeschreven blad, geboren in onschuld – begiftigd met de fitra, wat vaak wordt omschreven als de natuurlijke aanleg. Maar we weten tegelijkertijd dat een kind ook bepaalde karaktereigenschappen, talenten en eventueel erfelijke aandoeningen meekrijgt bij de geboorte. Hoe zit het dan precies? Is er bepaald gedrag dat we van nature tonen en ander gedrag dat we vertonen onder de invloed van onze omgeving? En hoe zit het dan met het geloof? Geloven wij intuïtief in het goddelijke of zijn we geïndoctrineerd door onze omgeving?
De menselijke natuur
De mens buigt en verwondert zich al eeuwen en eeuwen over de vraag hoe het zit met de menselijke natuur. De moslims, christenen en joden waren geboeid, maar ook de oude Grieken. Volgens vele vroegere en moderne wetenschappers zijn deugden zoals compassie en zorgzaamheid aangeboren. De man die wij kennen als de vader van de moderne economie, Adam Smith (1723-1790), was ervan overtuigd dat sympathie voor anderen aangeboren is. Hij schreef in zijn boek ‘The Theory of Moral Sentiments’: ‘Hoe egoïstisch je ook denkt dat de mens is, het is duidelijk dat er sommige principes in zijn aard aanwezig zijn die hem het belang doen inzien van het geven om het welzijn van anderen.’
Er waren echter ook anderen, zoals de Engelse filosoof John Locke (1632-1704) die beargumenteerden dat de menselijke geest in essentie een onbeschreven blad is en dat alle kennis door ervaring zal worden verkregen.
Moslimgeleerden zoals Ibn Sina, Al Razi en Al Ghazali hebben eeuwen geleden al uitgebreide en systematische analyses gemaakt van de menselijke natuur om het begrip fitra te definiëren als de oorspronkelijke natuur van alle mensen.
Fitra: de natuurlijke aanleg
Wat is de fitra eigenlijk volgens de islam? Het is een Arabisch woord dat gebruikt wordt in de islamitische theologie om de natuurlijke aanleg van de mens te beschrijven. Het is de pure, goedaardige staat waarin Allah de mens heeft geschapen. De authentieke menselijke natuur die neigt naar het moreel goede en spiritueel pure, het oprechte en het heilzame. Het concept van fitra komt uit de Koran:
“Wend dan jouw aangezicht naar de ware, natuurlijke levenswijze – volgens de natuurlijke aanleg die Allah in de mens geschapen heeft. Er is geen verandering in de Schepping van Allah. Dat is de juiste godsdienst, maar de meeste mensen weten het niet.” (Koran, 30:30)
Fitra als fabrieksinstelling
Je zou kunnen zeggen dat het om de ‘fabrieksinstelling’ gaat waarmee alle mensen ‘afgeleverd’ worden. De meest fundamentele ‘instelling’ is de spirituele genegenheid die wij voelen voor Allah; de liefde en dankbaarheid die we ervaren en ons verlangen om dichterbij Hem te komen. Daarnaast legt de Koran uit, dat we als mens genegenheid voelen voor anderen: we geven om ze en willen het goede doen. We hebben een geweten; we voelen ons doorgaans schuldig als we iets verkeerds hebben gedaan. Doorgaans, want helaas schakelen mensen hun geweten op enig moment of op enige manier ook (wel eens) uit.
De profeet Mohammed vrede zij met hem zei:
“Rechtvaardigheid is goed gedrag en zonde is datgene wat je ziel onrustig maakt en waarvan je niet wil dat de mensen het te weten komen.” (Moeslim)
De fitra is als een innerlijk kompas dat altijd in de goede richting wijst, de richting die ons dichterbij Allah zal brengen.
Ondanks het feit dat mensen verschillende levenswijzen, geloofsopvattingen en wereldbeschouwingen hebben, leert de islam ons dat onze menselijke natuur één en dezelfde wezenlijke oorsprong heeft. Daarna krijgen we labeltjes opgeplakt, door onze ouders en familie, door de cultuur, de maatschappij, het schoolsysteem en onze omgeving.
De profeet Mohammed vrede zij met hem zei hierover:
“Elk kind wordt geboren met een fitra. En zijn ouders maken van hem een jood, christen of zoroastriër. Dieren zijn op dezelfde wijze niet gebrandmerkt geboren. Heb je ooit een dier gezien dat gebrandmerkt was vóórdat je het zelf deed?” (Sahih Boechari).
Fitra: de goddelijke herinnering
Een baby wordt niet geboren met een al vaststaande mening, wereld- en zelfbeeld. Onze kennis over de wereld is niet al ingebouwd. Een simpel voorbeeld leert ons hoe het werkt: een baby heeft nog geen tanden bij de geboorte – die groeien later – en weet nog niet dat hij zijn tanden moet poetsen voor zijn eigen bestwil – dat leert hij later.
“En Allah bracht jullie uit de buiken van jullie moeders voort terwijl jullie niets wisten. En Hij gaf jullie het gehoor en het zicht en de harten. Hopelijk zullen jullie dankbaarheid tonen?”
(Koran, 16:78)
We zijn als mens dus geneigd om het goede te doen, maar we doen niet alleen maar het goede. Dat komt omdat we bewust en onbewust beïnvloed worden door van alles en iedereen om ons heen en door de duivels die ons influisteren. Zonder goddelijke leiding is de fitra aan corruptie onderhevig. Allah heeft daarom een systeem van leiding geopenbaard die we kennen als islam, waarbij je jezelf met innerlijke vrede onderwerpt of overgeeft aan Hem en Zijn Wil.
Een verbond met Allah
De vroege hadith-geleerde Ibn Qutayba (828-889) geeft aan dat de islamitische theologie onderwijst, dat kinderen geboren worden met een eenvoudige spirituele en intellectuele geneigdheid tot God en tot het goede. De reden hiervoor is dat God een verbond sloot met de mensheid voor hun aardse bestaan (zie Koran 7:172) waarbij ze hun geneigdheid bevestigden. De fitra vindt daarom troost en steun in de islam zoals een handschoen om de hand past.
Nu zullen sommigen zeggen: maar dat kunnen wij ons niet meer herinneren, dat wij een verbond met Allah hebben gesloten. Dan kunnen we er toch niets aan doen dat we dat zijn vergeten?
Maar nee, zo makkelijk is het niet. Het verbond is niet uit ons geheugen gewist; geen enkele zoon van Adam is het ‘vergeten’, welke levensovertuiging we ook hebben. Die herinnering is juist de fitra die in ons geheugen, hart en onze ziel is gegrift. Hierdoor verlangen we ernaar op zoek te gaan naar onze Schepper.
Islam kent geen erfzonde
In tegenstelling tot andere wereldgodsdiensten kent de islam geen erfzonde. De Koran beschouwt de mens als in essentie goed en vrij van zonden geboren. Echter, als we opgroeien bestaat de kans dat als wij onze neiging tot het goede niet onderhouden, wij gaan toegeven aan negatieve emoties en verlangens zoals hebzucht, gierigheid, haat, jaloezie, afgunst, wellust en macht. We dalen af naar een lager niveau van menszijn, namelijk het niveau van de nafs, oftewel het ego of de aardse ziel. De menselijke ziel strijdt constant met het hongerige en hebberige ego; als we de strijd verliezen, vernietigen we onze fitra.
In zijn werk over de rede en openbaring met de titel ‘Dar’ ta’arud al-Aql wa’l-Naql’ schreef de islamitische theoloog Ibn Taymiyyah: “In essentie kunnen de dienaren van Allah door hun fitra niet anders dan Allah liefhebben, alhoewel er onder hen zijn die hun fitra corrumperen… En deze liefde voor Allah neemt toe naargelang iemands kennis over Hem en de deugdelijkheid van zijn fitra toeneemt. En het neemt af als de kennis afneemt en iemand zijn fitra vervuilt met verdorven nutteloze begeerten.”
Onderscheid tussen goed en kwaad
Ook in deze tijd besteden wetenschappers zoals kinderpsychologen, gedragswetenschappers, cognitieve wetenschappers, ethici, antropologen en taalkundigen uitgebreid aandacht aan de menselijke natuur.
Uit het al eerder genoemde experimentele onderzoek op het gebied van kinderpsychologie blijkt dat baby’s en peuters al compassie, inlevingsvermogen, en gevoel voor eerlijkheid en rechtvaardigheid tonen. Psycholoog Paul Bloom benadrukt dit meerdere keren in zijn boek Just Babies – The Origins of Good and Evil. Hij schrijft: “Ontwikkelingspsychologen hebben op basis van langdurige observaties gezien, dat kinderen van één jaar oud anderen die verdrietig zijn knuffelen en troosten.”
Vijf maanden oude baby’s blijken al onderscheid te maken tussen goed en slecht gedrag van een pop. Acht maanden oude baby’s tonen hun voorkeur voor het straffen van slecht gedrag. En peuters van 21 maanden oud willen graag een beloning voor goed gedrag van de pop met een traktatie en ze geven er de voorkeur aan om een beloning van de ‘slechte’ pop af te pakken.
Liefde voor rechtvaardigheid
Deze intuïtieve eerlijkheid en rechtvaardigheid komt van de fitra. Ibn Taymiyyah schreef hierover: “Zielen zijn majbula – ze beschikken van nature over de liefde voor rechtvaardigheid en de voorstanders ervan, en ze hebben een hekel aan onrecht en zijn aanhangers; deze liefde, die van de fitra komt, is wat voorbestemd is om het goede (en rechtvaardige) te doen.” De morele waarden op basis waarvan we onze levens opbouwen, komen voort uit een aangeboren intuïtie waarbij sociaal-culturele druk geen rol speelt.
Maar, zullen sommigen zeggen, kinderen vertonen van nature ook slecht gedrag. Kinderen kunnen egoïstisch en gemeen zijn, andere kinderen pesten en verschrikkelijk boos worden. Dit klopt, maar dat wil nog niet zeggen dat het kind niet aanvoelt wat goed en slecht gedrag is.
Wat is de zin van het leven?
Iedereen stelt zich wel eens de grote levensvragen, als ‘waarom?’ en ‘wat is de zin van het leven?’ Je weet dat er niet te ontkennen feiten zijn betreffende de toestand van de mens. Een kwetsbaar wezen ben je, bewust van jezelf en het universum waar je in leeft; je voelt liefde, vreugde, pijn en onrust; hoe je je leven inricht kun je zelf kiezen; je kan het leven najagen maar je zal op een dag sterven, onder de grond begraven worden en vergeten worden door iedereen. ‘Wat voor zin heeft het leven?’ vraag je jezelf af.
Nu kun je twee kanten uitgaan. Je zoekt antwoorden op de grote levensvragen óf je zoekt afleiding op allerlei mogelijk manieren.
Om op het laatste in te gaan: je bent bezig met geld verdienen, je doet alles om jezelf te entertainen, je leeft van vakantie naar vakantie totdat je met pensioen kunt gaan. Maar hoe voel jij je aan het eind van de dag als je in je bed ligt? Waarschijnlijk leeg.
Uit onderzoek blijkt dat een leven zonder zingeving niet gelukkig maakt. De eerste optie – antwoorden zoeken – blijkt een bevredigender gevoel te geven!
Menselijke intuïtie
Uit alles wat we nu weten over de natuurlijke aanleg van de mens blijkt deze zoektocht logisch want onderdeel onderdeel van de menselijke intuïtie. Baby’s van drie tot zes maanden oud volgen de blik van een ouder om een object, waar de ouder interesse voor heeft, te bekijken. Zelfs baby’s van twee dagen oud blijken liever te kijken naar handelingen die zinvol zijn. Ze kijken liever naar een hand die reikt naar een object in de buurt als de hand in de juiste richting gaat.
Vanaf het moment van de geboorte wordt de mens overspoeld door een tsunami van visuele en auditieve informatie. De wereld is licht en lawaaiig, en we mogen ervan uitgaan dat het onbegrijpelijk is voor de nieuwgeborene. Maar de menselijke geest is geen passieve computer waarvan het interne geheugen makkelijk vol raakt met allerlei en veel gevoelige informatie. Het is de hele tijd bezig met het filteren van geluid en beeld om het vervolgens te categoriseren.
Woorden, dingen, mensen, gebeurtenissen, doelen, ideeën, waarden en meningen worden allemaal in hokjes opgedeeld omdat dit de wereld voor ons een stuk begrijpelijker maakt. We leren proefondervindelijk en we proberen verbindingen te maken, maken bestanden aan en slaan ze op, en wat geen prioriteit (meer) heeft, verwijderen we uit ons systeem. Dat doen we omdat we van nature – met onze fitra dus – naar oorzaak en gevolg zoeken. We zoeken intuïtief naar verklaringen en naar logica.
Geboren gelovigen
Het hierboven genoemde onderzoek gaat overigens nog een stap verder. Psycholoog Justin Barrett bespreekt in zijn boek Born Believers – The Science of Children’s Religious Belief – dat een verzameling is van experimentele studies – dat kinderen een sterke neiging hebben om te geloven dat dingen en gebeurtenissen het resultaat zijn van een grote onzichtbare bewust werkende kracht – in de wetenschap noemt men dit Hypersensitive Agency Detection Device (HADD).
Dit wijst erop dat we als mens intuïtief weten dat er een God bestaat, terwijl wetenschappers het nog steeds proberen te gooien op het overlevingsinstinct van de mens of door het geloof in God als een evolutionair bijproduct van HADD te beschouwen.
We zijn kortom geboren met een onbeschreven blad, maar het geloof in Allah en de neiging om goed te doen is in ons geheugen gegrift. Het is onze fitra die ons herinnert aan het verbond dat wij met Allah hebben gesloten:
“En (gedenk) toen jouw Heer het nageslacht van de kinderen van Adam uit hun lendenen nam, en hun deed getuigen over zichzelf (en Hij zei:) ‘Ben ik niet jullie Heer?’ Zij zeiden: ‘Jazeker, dat getuigen wij.’ Opdat jullie op de Dag van de Opstanding niet zullen zeggen: ‘Wij waren hieromtrent achtelozen.” (Koran, 7:172)
Salam alaikoum,
Er zit een fout in de tekst https://qantara.nl/spiritualiteit/fitra-pure-natuurlijke-aanleg/
Bij de eerst aya staat Koran 3:30, maar het moet zijn 30:30 soerah ar Room.
Moge Allah jullie belonen voor het werk wat jullie doen
wa alaikoum salam wa Rahmatoullahi wa Barakatou
Barak Allahoe fiki voor de correctie. We hebben het gelijk aangepast.