In mijn jeugd was ik dol op rennen, springen en gymen op school. Ik was behoorlijk competitief en had een hekel aan verliezen. Maar sporten bij een sportschool of vereniging? Nee, dat heb ik nooit gedaan. Simpelweg omdat ik een meisje was en het destijds niet gebruikelijk was dat meiden gingen sporten. Althans in mijn omgeving.
Ik groeide op en sporten en bewegen verdwenen steeds meer naar de achtergrond. Ik lag daar niet wakker van en vond het prima. Lichamelijk had ik het ook niet nodig; ik was namelijk vel over been. In plaats van sporten werd me voornamelijk eten aangeboden. Waar ik volop van genoot.
“Voetbal is toch geen meisjes-sport”
Het leek niet mogelijk om het sporten voor meisjes te combineren met een islamitische opvoeding. Ook de cultuur waarin ik opgroeide speelde een rol. Zo was voetbal toch geen meisjes-sport, boksen te gewelddadig en turnen en dansen niet voor een nette meid. Over elke sport viel er wel wat te zeggen, maar de hoofdreden was vooral dat de sporten niet gescheiden was. De jongens en de meisjes sporten samen. En vooral dat was een absolute no go.
Pas toen ik volwassen was, kwam ik erachter dat de profeet vrede zij met hem heeft gezegd dat we onze kinderen moeten leren sporten. Zwemmen, boogschieten en paardrijden worden de sunnah-sporten genoemd. Dat deed wel even pijn van binnen, want zwemmen heb ik nooit geleerd. Ik ging naar een islamitische basisschool waar schoolzwemmen alleen mogelijk was als het gescheiden was. Omdat dat toen praktisch niet uitvoerbaar was, werd er een leeftijdslimiet aan het schoolzwemmen verbonden. De groepen 1 tot en met 4 gingen zwemmen. Groep 5 deed niet meer mee. En laat dat nou net de groep zijn waar ik in zat.
Ik – als geboren en getogen Hollandse – kan dus niet zwemmen. Mocht ik ooit in een beekje vallen dan verdrink ik geheid.
Mijn weg naar de sportwereld
Door het gebrek aan tijd in mijn huidige drukke leven staat het alsnog behalen van mijn zwemdiploma’s op een laag pitje. En toch ben ik uiteindelijk in de sportwereld terecht gekomen. Als mensen mij zien, als moslima met een hoofddoek, denken ze niet meteen aan sporten. Niet dat ik er super-ongezond uit zie of dat mensen meteen denken ‘die moet nodig wat doen aan lichaamsbeweging’. Verre van dat.
Had iemand mij jaren geleden verteld dat ik zou gaan werken in de sport-sector, dan had ik diegene waarschijnlijk heel hard uitgelachen. Het begon ermee dat ik besloot met een man te trouwen die sport ‘ademde’. In tegenstelling tot mijn totale gebrek aan sportervaring is mijn man een sporter in hart en nieren. We trouwden en zetten vervolgens met Allah’s wil een paar kinderen op deze wereld. En op een gegeven moment merkte ik dat ik niet meer zo lekker in mijn vel zat. Ik wilde me fitter gaan voelen en actief iets gaan doen. Het idee plantte zich in mijn hoofd en begon te groeien.
De echte ommekeer kwam toen ik 29 jaar oud was en hijgend bovenaan de trappen stond die ik net had beklommen. Mijn hart ging tekeer. Ik kwam letterlijk adem tekort en ik was kapot. Het leek wel alsof ik de marathon had gelopen. Ik schrok ervan en wist dat er iets moest gaan gebeuren.
Van de zijlijn naar het team
Mijn man was toen net gestart met zijn eigen sportorganisatie. Gericht op kinderen en voetbal. Ik ondersteunde hem en stond aan de zijlijn. Letterlijk en figuurlijk. Behalve de kinderen wegbrengen deed ik niks bijzonders. Mijn bijdrage was nihil. Ik moedigde hem wel aan om zijn droom na te jagen en er werk van te maken. Maar zelf actief met sport bezig zijn? Nee dat deed ik niet. Ik wilde wel, maar wist niet wat.
Tot ik op een dag de training zag die mijn man gaf. Dat was meer dan alleen voetbal! ‘Dat wil ik ook’ was mijn eerste gedachte. ‘Dat wil ik voor dames.’ Mijn man zag dit idee totaal niet zitten. “Ik ga niks starten voor ladies only”, zei hij heel ferm. “Daar begin ik niet aan”, voegde hij er nog aan toe. Voor het geval het nog niet duidelijk genoeg voor me was.
Ik liet het er niet bij zitten en vroeg hem waar hij dan wel voor open stond. Zijn antwoord: “Ik kan je de beginselen van mijn lessen leren, dan kun je de dames zelf les geven.” Maar daar wilde ik dan weer niks van weten. Ik stelde voor om een vrouwelijke trainster te zoeken en zo is het balletje gaan rollen. Inmiddels zijn we een paar jaar verder. Ik ben zelf actief gaan sporten en geef ook af en toe les. Als invaller, want meer zit er – naast het bedrijfsmatig runnen van onze sportschool – op dit moment niet in.
Het sporten leren waarderen
Echte liefde voor de sport voel ik niet. Wel ben ik het sporten gaan waarderen. Naast het lichamelijke doet het me vooral goed dat een uurtje sporten gewoon helemaal voor mij is. Me-time. Dit gevoel probeer ik nu over te brengen op de dames. Sporten is niet vanzelfsprekend en voor velen – met een gezins- en werkleven naast elkaar – is het erg lastig om sporten te zien als iets dat prioriteit vraagt.
Ook voor de dames die al de 50 zijn gepasseerd bieden we een platform. Met als groot voorbeeld mijn eigen schoonmoeder. Ze is een vrouw van in de 70, met twee nieuwe heupen. Ondanks dat ze chronisch ziek is en niet meer in staat om heel veel te doen, is het ons toch gelukt om haar aan het bewegen te krijgen. En het mooie is: ze geniet ervan.
Het kan dus: van totaal niet sporten naar zelf sportlessen geven. Het lijkt voor mij misschien wat makkelijker omdat ik een partner heb die me hierin steunt. Niets is minder waar. Uiteindelijk moest ik het toch echt zelf doen. Ik moest zelf mijn tijd inplannen, zelf de motivatie vinden en zelf aan de slag gaan.
Verplicht jezelf, zet het in je agenda
Voor dames die hier zelf ook mee worstelen, is dit een goede tip. Verplicht jezelf. Zet het in je agenda en plan eromheen. Wanneer je het sporten zelf serieus neemt, dan zal je omgeving dat ook doen. Je zult ook gaan merken dat je eigen kinderen tegen je opkijken wanneer jij ook sport. Jij bent een voorbeeld voor ze.
Mijn eigen kinderen doen wel aan sport. Allemaal. Zowel de jongens als de meiden. Natuurlijk is het makkelijker voor hen omdat ze kunnen sporten bij hun eigen ouders, maar ook voordat we onze eigen sportschool hadden, waren ze al actief.
Zelf een plek maken
Ook de meiden moeten sporten. Als ze gaan puberen, moet je op zoek naar een plek waar ze alleen met vrouwen kunnen sporten. En mocht die er niet zijn, laat je dan vooral niet uit het veld slaan. Heb ik ook niet gedaan. “Wat er niet is, kunnen we toch gewoon maken?” Dat waren mijn exacte woorden toen ik niet datgene vond waar ik naar op zoek was.
Het resultaat: een eigen plek voor ladies only. In onze eigen sportschool. En alhamdoelillah zijn we niet de enigen.
Hoofdfoto: Unsplash