“Koning der voeding, drank der dranken, zoeter dan zoet. Honing is het medicijn onder de medicijnen. Je kan honing niet namaken, hij geeft vreugde aan degenen die hem nemen en is een geschenk van onze Schepper. Honing heeft zich bewezen bij de voorgaande generaties en vind je in de warmste kleuren.” (Sheikh Abdul Majeed al-Zindani)
Honing als medicijn
Honing wordt expliciet in de Koran genoemd:
“Er komt voort uit de buik van de bijen, een drankje van verschillende kleuren, waarin een heling is voor de mensen” (16: 68-69).
De Profeet ﷺ heeft gezegd: “Honing is een remedie voor elke ziekte, en de Koran is een remedie voor elke ziekte van de geest. Daarom raad ik jullie deze medicijnen aan: de Koran en honing” (Boecharie).
Volgens Ibn Qayyim in zijn De Profeet begon de dag ‘s ochtends met het drinken van honingwater. Hij beschouwde honing als de beste remedie tegen buik- en maagpijn. En tegen diarree als het gemengd werd met heet water. Het is het beste voedsel, de beste drank en het beste medicijn dat er bestaat! Het wordt gebruikt om de eetlust op te wekken, de maag te versterken, slijm op te lossen; als conserveringsmiddel van vlees, haarconditioner, ooglotion (ter verkoeling) en mondspoeling.
De ziekte van ‘Omar al-Khattab
‘Omar al-Khattab, Allah is tevreden met hem, was een keer ziek tijdens zijn periode als kalief. Een groep artsen raadden hem aan wat honing te nemen. Er was honing aanwezig in de Bayt-oel-Maal, de schatkamer, waar alle rijkdom werd bewaard die zij hadden verkregen zoals sadaqa (liefdadigheid) en zakaat (de aalmoesbelasting). Tegen het advies van de dokters in en ondanks de aanwezigheid van honing in de schatkamer, bleef Omar geduldig en nam er niets van.
Maar de ziekte werd erger, en hij besloot de mensen bij elkaar te roepen. Hij beklom moeizaam de minbar (het spreekgestoelte) en zei, “Als jullie mij toestemming geven om wat honing te nemen als medicijn, dan zal ik het nemen. Als jullie geen toestemming geven dan is het haraam (niet toegestaan) voor mij.” De aanwezigen werden emotioneel door zijn oprechtheid en zij lieten hun tranen vallen en gaven allen toestemming. (Faraaid Al-Kalaam Lil-Khulafaa Al-Kiraam p:113)
Sidr-honing
Sheikh ‘Aaidh al-Qarni vertelt dat er tijdens zijn Hadj iemand pure Sidr-honing had meegenomen. Hij was samen met zijn Koranleraar sheikh ‘Ubaydullaah Afghani, en de sheikh was op leeftijd (dat Allah hem genadig moge zijn).
Door de drukte en bezigheden tijdens de Hadj had sheikh al-Qarni nog niets van de Sidr-honing gekregen. Op een avond tijdens het verblijf in de tenten bij Mina, hoorde hij opeens sheikh Afghani herhaaldelijk zeggen, “la illaaha illa Allaah”. Sheikh al-Qarni stond op en zag sheikh Afghani liggen; hij zag er bleekjes uit. Sheikh Afghani zei tegen al-Qarni, dat zijn einde genaderd was en hij vroeg om een pen en wat papier om zijn Al-Wasiya (testament) te schrijven. Sheikh al-Qarni pakte snel pen en papier en sheikh Afghani zei: “Schrijf op: ik aanvaard de dood, en ik getuig dat er niemand het recht heeft om aanbeden te worden behalve Allah, en ik geloof dat Allah profeten en boodschappers heeft gestuurd vanaf Adam tot aan de Profeet Mohammed, zegel der profeten (vrede zij met hen allen).”
Water met honing
Tijdens het schrijven zag sheikh al-Qarni dat iemand een heel groot glas water met Sidr-honing klaarmaakte en het aan sheikh Afghani gaf. Sheikh Afghani dronk het glas leeg. Tot ieders verbazing herstelde de sheikh zeer snel en kreeg hij zijn kleur terug.
Iedereen ging weer slapen. Sheikh al-Qarni vertelde dat hij enorm veel trek had in een glas honingwater. Hij begon ook de woorden van éénheid “la illaaha illa Allaah” op te zeggen. De mensen werden wakker en hij zei dat hij ook graag zijn Al-Wasiya (testament) wilde opstellen. Tot zijn vreugde zag hij dat er een groot glas honingwater werd gegeven. Daarna deed iemand anders hetzelfde en ook die kreeg een glas met honingwater. De avond werd gevuld met grappen. Bij sheikh Afghani was het menens, bij de rest ging het puur om honingwater.