Tussen de lessen anatomie en biochemie in leert een deel van de studenten geneeskunde in Amerika tegenwoordig hoe ze zelf gezonde maaltijden kunnen bereiden. Er komt steeds meer aandacht voor de verbanden tussen voeding en gezondheid. Sinds 2012 leren studenten van de Tulane University School of Medicine in Louisiana koken. Tulane is hiermee de eerste universiteit die hiertoe een speciale kookstudio, The Goldring Center for Culinary Medicine, heeft ingericht met een chef-kok als fulltime instructeur.
Dat schrijft de website Quartz in een artikel over de kookstudio voor studenten geneeskunde. In feite is het niet meer dan logisch, dat aankomende artsen leren wat gezond eten en drinken is. Bij steeds meer ziekten blijken de darmen een cruciale rol te spelen. Het onderzoek ernaar staat nog steeds in de kinderschoenen.
Volgens de Duitse wetenschapper Giulia Enders – die het boek De mooie voedselmachine schreef – wordt de relatie tussen de darmen en de hersenen op een ‘stiefmoederlijke’ manier in de collegebanken behandeld. “De meeste artsen leren tijdens hun opleiding maar bitter weinig over dat onderwerp. Binnen de wetenschap wordt inmiddels erkend dat mensen met bepaalde spijsverteringsproblemen vaak een storing hebben in het zenuwstelsel van hun darm. Hun darm stuurt dan signalen naar een gebied in de hersenen dat onaangename gevoelens verwerkt, hoewel ze helemaal niets ergs hebben gedaan. Deze mensen voelen zich niet prettig en weten niet hoe dat komt. Als de dokter hen dan als irrationale psychiatrische patiënten behandelt, is dat uiterst contraproductief.”
Enders legt uit dat er al veel bekend is uit onderzoeken, maar dat de meeste ontdekkingen achter gesloten deuren bediscussieerd worden. Zij had daarom het plan opgevat om de kennis concreter te maken en het publiek te laten weten wat de wetenschappers in hun publicaties schrijven of achter de deuren van de congrescentra vertellen. Want veel mensen zijn op zoek naar antwoorden.
Voeding en gezondheid
Eén van de wetenschappers die onlangs ‘uit de school klapte’ was oncoloog Casper van Eijck in een interview met de Volkskrant van 19 maart 2016. Volgens hem kunnen patiënten met alvleesklierkanker beter kurkuma (geelwortel) tot zich nemen dan chemotherapie ondergaan. Van Eijk zegt: “Ik heb met een inmiddels overleden patiënt literatuurstudie gedaan naar al gedocumenteerde alternatieven. En er is gewoon medische literatuur over de aangetoonde werking van kurkuma en in het laboratorium zijn er veel aanwijzingen dat kurkuma effectief is. Die informatie stuur ik nu ook aan mijn patiënten. Je moet het wel elke dag doen, maar dan werkt het net zo goed om de groei van kankercellen af te remmen als chemotherapie. En spruitjes zijn een goede groente voor patiënten met alvleesklierkanker. Het zou alleen nog klinisch, dus ook op patiënten, getest moeten worden.”
Maar of dit soort onderzoeken er komt, is nog maar de vraag. De meeste oncologen zullen volgens hem meestal toch gaan voor chemotherapie. Hij legt uit dat dit komt door de druk van ‘de industrie’, waarmee hij doelt op de farmaceutische industrie. “Het laboratorium van een ziekenhuis heeft per jaar 1 tot 2 miljoen euro aan inkomsten nodig vanuit de farmaceutische industrie. Dat betekent dat je dingen voor ze moet testen waar je als dokter niets aan hebt, en je patiënten ook niet. We doen dat toch, om de boel draaiende te houden, maar in mijn optiek is dat ongezond.”
Certificaten culinaire geneeskunde
Terug naar de VS waar sinds kort ongeveer 10 % van de medische opleidingen hun studenten onderwijst in gezond koken. Er worden zelfs certificaten uitgedeeld op het gebied van culinaire geneeskunde aan dokters, doktersassistentes, verpleegkundigen en diëtisten. Het programma helpt artsen om praktische adviezen over een gezonde maaltijd aan hun patiënten te geven. Het is samengesteld in samenwerking met de culinaire opleiding Johnson & Wales.
Er wordt naast de voedingswaarde ook rekening gehouden met de kosten van een maaltijd. Want ziektes als obesitas blijken vaker voor te komen bij gezinnen met een laag inkomen. Chef-kok Harlan, die zelf ook geneeskunde studeerde, leert de studenten niet alleen koken. Hij informeert ze ook uitgebreid over de relatie tussen voedsel en ziekten door middel van lezingen en literatuur. In het derde en vierde jaar ligt de focus bijvoorbeeld op specifieke aandoeningen zoals hart- en vaatziekten, HIV en coeliakie.
Artsen leren koken is een revolutie
De hoop is dat artsen op deze manier hun patiënten beter kunnen en zullen informeren over diëet-gerelateerde ziekten en aandoeningen. Minder dan de helft van de Amerikaanse artsen biedt de patiënten ondersteuning op het gebied van dieet, lichamelijke oefening of afvallen. Dit blijkt uit een studie die uitgevoerd werd in 2011. De meeste artsen zullen tegen een patiënt met obesitas bijvoorbeeld niet eens zeggen dat hij moet afvallen, blijkt uit een artikel van USnews.com. De meeste artsen geven als verklaring dat ze geen tijd hebben om met hun patiënten over afvalprogramma’s te spreken. Anderen voelen zich niet in staat om advies te geven omdat ze er in niet in geschoold zijn. “Het feit dat artsen nu leren koken is een revolutie,” zegt daarom Sam Kass. Hij is een voormalige chef-kok van het Witte Huis en nu senior beleidsadviseur voeding.
Gezondheidszorg op de schop
Studenten geneeskunde zouden minstens 25 uur les moeten krijgen over gezonde voeding gedurende de hele opleiding. Dat was in de jaren tachtig de aanbeveling van de National Academy of Sciences, meldt USNews.com. In 2010 toonde een studie van de Universiteit van North Carolina aan dat slechts 25 % van de universiteiten aandacht schonk aan voeding. Het gemiddelde aantal uren dat een student voedingsadviezen ontving lag met 19 uur zelfs lager dan de 22,3 uren in 2004. Dit was reden voor een groep invloedrijke Amerikaanse organisaties op het gebied van sport en gezondheid om gezamenlijk de noodklok te luiden. Ze stelden een gezondheidsprogramma op waarin zij met een opsomming kwamen van de vele voedselgerelateerde gezondheidsproblemen. Plus een aanbeveling om grondige hervormingen door te voeren in het medische programma op universiteiten.
De kookstudio in Tulane is nog niet zo lang geleden van start gegaan. Maar nu al hebben twee afzonderlijke studies de effectiviteit ervan aangetoond voor zowel patiënten als medische studenten. De eerste studie onderzocht patiënten met type 2 diabetes, waarbij men ontdekte dat degenen die meededen aan het programma een enorme verlaging van het cholesterolgehalte lieten zien. De patiënten daarentegen die niet meededen, hadden te maken met een toename. Datzelfde gold overigens ook voor de bloeddruk. De tweede studie toonde aan dat ook de studenten geneeskunde zelf er voordeel van ondervonden. In het tweede jaar aten de deelnemende studenten veel meer fruit en groenten dan ze ooit gedaan hadden. Ze werden zich ervan bewust dat de voedingsadviezen niet alleen goed zijn voor hun patiënten, maar ook hun eigen levenskwaliteit zou kunnen verbeteren.
Wie gaat deze trend oppakken?
Zowel Kass als Harlan verwachten dat artsen in de toekomst anders om zullen gaan met de behandeling van chronische ziekten. Ze zullen in plaats van recepten voor medicijnen waarschijnlijk eerder geneigd zijn dieetadviezen te geven aan hun patiënten. Zorgverzekeraars zouden hier in principe ook oren naar moeten hebben. Niet alleen is voedsel goedkoper dan medicijnen, maar het werkt ook nog eens op preventieve basis. Harlan voorspelt dat de gezondheidszorg hierdoor op de schop gaat. Menuplanning, recepten en mogelijk zelfs levering van ingrediënten aan patiënten zullen op het programma komen te staan. Hij sluit het interview met Quartz af met een afspraak: “Bel me over tien jaar maar om te zien of mijn voorspelling klopt!”
Het is maar de vraag of universiteiten, artsen en zorgverzekeraars hier in Nederland deze trend op zullen pakken. De farmaceutische industrie zal blijven pogen om zijn invloed te doen gelden. Dat doen men niet alleen door middel van sponsoring van onderzoeken. Ook is er beïnvloeding van werkgroepen die handelingsrichtlijnen (voor geneesmiddelen) opstellen, zo blijkt uit een rapport van de Inspectie voor de Gezondheidszorg uit 2007. Het is de taak van de overheid om deze belangenverstrengeling tegen te gaan. Het is ook een taak van de overheid om hervormingen in de gezondheidszorg door te voeren. Hoe bewuster het Nederlandse volk wordt van het belang van goede voeding ter preventie van gezondheidsklachten, hoe groter de kans dat die hervormingen er gaan komen.